Dank voor je bezoek! Maar klik a.u.b. door naar monalisaleest.wordpress.com Daar vind je al mijn boekverslagen en daar kun je, als je wilt, op die verslagen reageren. Sinds 1 januari 2004 houd ik bij wat ik lees. Mijn indrukken zet ik, soms kort, soms wat langer, in een blogbericht op de hierboven genoemde Wordpresspagina. Op de Blogspotpagina die je nu bezoekt staan alleen (kopieën van) verslagen van de boeken die ik las tussen eind 2011 en begin 2013.
Outside of a cat, a book is woman's best friend. Inside of a cat it's too dark to read
zondag 30 december 2012
Kijk niet achterom – Karin Fossum
Toen de wereld nog jong was – Jürg Schubiger
Ik ben geen kinderboekenlezer maar werd tot het lezen van dit boekje (81 p.,
vertaling Bart Moeyaert) verleid door de mooie illustraties van Rotraut Susanne
Berner. Het boek bevat een aantal korte
verhaaltjes over Hemel en aarde, Dingen en Dieren. Ze deden me denken aan de
schrijfsels van Toon Tellegen en waren dus beslist aardig om te lezen, maar
Tellegen vind ik beter.
Een enkel citaat:“De maan tastte lang in het donker over wat hij moest leren. Moest hij echt gaan schijnen? Als het dag was dacht bij van niet, en als het nacht was dacht hij van wel. Omdat hij maar niet kon beslissen, deed hij allebei: hij nam toe en af, werd vol en nieuw. Hij leerde de eeuwige beweging.” (p. 15).
De besten onder ons - Helene Uri
Dit boek (404 p., vertaling Neeltje Wiersma) van de Zweedse schrijfster en
taalwetenschapster Helene Uri beschrijft ongeveer een jaar uit het leven van
enkele medewerkers van het Instituut voor Futuristische LinguÏstiek (oftewel
Futling) van de universiteit van Oslo. Uri beschrijft op een droogkomische
manier wat er daar zoal onderzocht wordt, maar ook wat er wordt afgeroddeld en
gekonkeld, met scheve ogen naar elkaar gekeken en erger. Afijn, in Nederland
kennen we inmiddels de affaire Diederik Stapel.
De ene hoofdpersoon van het verhaal zijn Pål Bentzen, een
nieuwe wetenschappelijk medewerker bij wiens aanstelling een kundiger collega werd
gepasseerd, wel iemand die zich inzet voor z’n vak, maar ook iemand die zich al
te gemakkelijk laat afleiden en inpakken door vrouwelijk schoon. De andere is Edith
Rinkel, een mooie, slimme maar ongenaakbare en dus bepaald niet geliefde
professor. Een vrij groot deel van het boek
Kind van sneeuw – Eowyn Ivey
Dit boek (373 p., vertaling Lidwien Biekmann) las ik omdat het maandboek was van de boekgrrls. Het gaat over een middelbaar stel, Mabel en Jack, die een aantal jaren geleden een (on- of net geboren, dat weet ik niet meer precies) kind hebben verloren. Ze hebben dat niet goed kunnen verwerken en zijn daarom op initiatief van Mabel naar Alaska zijn verhuisd om daar een nieuw en ander leven te beginnen. Dat is niet gemakkelijk: de omstandigheden zijn zwaar, Jack is misschien te oud voor het zware boerenwerk – hij moet echt beginnen bij de basis, dus bij het ontginnen van het land rondom de zelfgebouwde blokhut – en de relatie tussen Mabel en Jack is niet al te best, zodat ze min of meer ieder voor zich leven in plaats
vrijdag 7 december 2012
Een nacht om te vliegeren – Renate Dorrestein
Dit boek (151 p.) was ooit het eerste van Renate Dorrestein dat ik ooit last en ik vond het indertijd helemaal geen goed boek. Gelukkig was in indertijd nog geen bookcrosser, dus bleef het boek in m’n kast staan tot ik door het lezen van Voor alles een dame wél enthousiast raakte over deze schrijfster en nu zelfs een groot fan ben. Hoog tijd dus om Een nacht om te vliegeren te herlezen. Zou het nu wel bevallen?
Nou ja, best wel. Een raar maar aardig verhaal, waarvan ik af en toe het taalgebruik niet erg sterk vond omdat ik het niet bij de personages vond passen; het was wat te grof (ik heb helaas geen geeltje bij een voorbeeld hiervan geplakt). Daarnaast zit het verhaal wel goed in elkaar en worden de draadjes van wat
De inzending - Amy Waldman
Dit boek (403 p., vertaling Thera Idema) las ik omdat het het maandboek was bij de boekgrrls. Nadat ik hen eerst had gemeld dat het wat moeizaam las, stuurde ik hen het volgende verslag:
Nou, krap een week later is het boek toch uit. Het doorlezen bleef bij vlagen wat moeizaam gaan, maar het verhaal is interessant en intrigerend genoeg om het boek uit te willen lezen, en bovendien waren er ook flinke delen van het boek die me erg aanspraken. Dat geldt in het bijzonder over het verhaal van Asma Haque. Zij is een vrouw van Bengalese afkomst en echtgenote van de door de aanslag van 9/11 overleden Inam. Ze is met hem op een toeristenvisum naar de VS gekomen, en woont dus illegaal in de wijk Kensington, waar zich een hele Bengalese gemeenschap bevindt. Ze spreekt geen Engels en heeft geen werk, maar wel een kind van Inam. En ze is dus na bestaande. Net als Claire Burwell, een rijke blanke en mooie Amerikaanse met twee kindertjes, William en Penelope, wiens man Cal is omgekomen bij de aanslag. Claire is als vertegenwoordigster van de nabestaanden lid van een jury die – zo’n twee jaar na de aanslag – een keuze moet maken uit de inzendingen die meedingen in de ontwerpwedstrijd voor een monument dat op de plaats van de aanslag zal worden opgericht. Die inzendingen worden anoniem door de jury beoordeeld, en zo kan het gebeuren dat de wedstrijd wordt gewonnen door Mohammad Khan, roepnaam Mo, een moslim. Oei,
Nou, krap een week later is het boek toch uit. Het doorlezen bleef bij vlagen wat moeizaam gaan, maar het verhaal is interessant en intrigerend genoeg om het boek uit te willen lezen, en bovendien waren er ook flinke delen van het boek die me erg aanspraken. Dat geldt in het bijzonder over het verhaal van Asma Haque. Zij is een vrouw van Bengalese afkomst en echtgenote van de door de aanslag van 9/11 overleden Inam. Ze is met hem op een toeristenvisum naar de VS gekomen, en woont dus illegaal in de wijk Kensington, waar zich een hele Bengalese gemeenschap bevindt. Ze spreekt geen Engels en heeft geen werk, maar wel een kind van Inam. En ze is dus na bestaande. Net als Claire Burwell, een rijke blanke en mooie Amerikaanse met twee kindertjes, William en Penelope, wiens man Cal is omgekomen bij de aanslag. Claire is als vertegenwoordigster van de nabestaanden lid van een jury die – zo’n twee jaar na de aanslag – een keuze moet maken uit de inzendingen die meedingen in de ontwerpwedstrijd voor een monument dat op de plaats van de aanslag zal worden opgericht. Die inzendingen worden anoniem door de jury beoordeeld, en zo kan het gebeuren dat de wedstrijd wordt gewonnen door Mohammad Khan, roepnaam Mo, een moslim. Oei,
zondag 25 november 2012
Oorlog en Vrede - L.N. Tolstoj
Deze indrukwekkende klassieker heb ik nu eindelijk herlezen - of toch niet?
Dat zit zo. Ik las nu van dit boek de dwarsliggeruitgave (met voor- en nawoord erbij 1785 p.) in een nieuwe vertaling van Peter Zeeman en Dieuwke Papma. Maar het is geen vertaling van wat in het nawoord van Anne Pries de 'canonieke versie' wordt genoemd. Tolstoj heeft het boek namelijk vele malen aangevuld, herschreven en heringedeeld, zodat een soort wirwar aan versie is ontstaan. En aangezien Tolstoj zelf nooit een 'juiste' versie heeft aangewezen, schijnen er nu twee versies te zijn die door de deskundologen als canoniek wordt aangemerkt. Een daarvan staat dus, naar ik aanneem, in mijn boekenkast in de vertaling van René de Vries. Als dwarsligger is nu echter een eerdere versie, waarschijnlijk 'de' eerste versie van het verhaal uitgebracht. Daarover schreef (volgens Anne Pries) een Russische bespreking toen deze versie in 2000 werd uitgebracht: "De tekst is ongeveer half zo lang als de canonieke versie en vijf maal zo interessant. Hij bevat meer vrede en minder oorlog, terwijl de filosofische uiteenzettingen veel beknopter zijn." Nu begrijp ik dus beter waarom ik dit boek - dat nu bijna leest als een trein - indertijd maar met moeite door kwam en waarom het aantal oorlogsscènes me dit keer zo meeviel. En het maakt me aan het twijfelen: al lezende heb ik de dwarsligger af en toe vergeleken met het boek uit m'n kast, en zag dan dat de personages en de gebeurtenissen wel overeenkwamen, maar ook dat ze veel en veel uitgebreider waren beschreven. Ik was dus eigenlijk van plan nu in één ruk door te gaan met deze 'lange versie', maar na lezing van het nawoord weet ik dat niet meer zo zeker: zit ik wel te wachten op meer filosofie en meer oorlog? Nou ja, dat zien we nog wel.
In ieder geval kan ik deze oerversie aan iedereen aanraden. Waar hij over gaat, veronderstel ik als min of
Dat zit zo. Ik las nu van dit boek de dwarsliggeruitgave (met voor- en nawoord erbij 1785 p.) in een nieuwe vertaling van Peter Zeeman en Dieuwke Papma. Maar het is geen vertaling van wat in het nawoord van Anne Pries de 'canonieke versie' wordt genoemd. Tolstoj heeft het boek namelijk vele malen aangevuld, herschreven en heringedeeld, zodat een soort wirwar aan versie is ontstaan. En aangezien Tolstoj zelf nooit een 'juiste' versie heeft aangewezen, schijnen er nu twee versies te zijn die door de deskundologen als canoniek wordt aangemerkt. Een daarvan staat dus, naar ik aanneem, in mijn boekenkast in de vertaling van René de Vries. Als dwarsligger is nu echter een eerdere versie, waarschijnlijk 'de' eerste versie van het verhaal uitgebracht. Daarover schreef (volgens Anne Pries) een Russische bespreking toen deze versie in 2000 werd uitgebracht: "De tekst is ongeveer half zo lang als de canonieke versie en vijf maal zo interessant. Hij bevat meer vrede en minder oorlog, terwijl de filosofische uiteenzettingen veel beknopter zijn." Nu begrijp ik dus beter waarom ik dit boek - dat nu bijna leest als een trein - indertijd maar met moeite door kwam en waarom het aantal oorlogsscènes me dit keer zo meeviel. En het maakt me aan het twijfelen: al lezende heb ik de dwarsligger af en toe vergeleken met het boek uit m'n kast, en zag dan dat de personages en de gebeurtenissen wel overeenkwamen, maar ook dat ze veel en veel uitgebreider waren beschreven. Ik was dus eigenlijk van plan nu in één ruk door te gaan met deze 'lange versie', maar na lezing van het nawoord weet ik dat niet meer zo zeker: zit ik wel te wachten op meer filosofie en meer oorlog? Nou ja, dat zien we nog wel.
In ieder geval kan ik deze oerversie aan iedereen aanraden. Waar hij over gaat, veronderstel ik als min of
The Art of Fielding - Chad Harbach
Dit boek (510 p.), dat ik overigens gedeeltelijk las in de Nederlandse vertaling van Joris Vermeulen, las ik soms met plezier, soms met moeite. Het begin vond ik saai, en net toen ik me begon af te vragen of daar nog verandering in zou komen bracht Harbach Moby Dick in het geweer. Omdat ik dat ooit een heel goed boek vond, was dat reden om verder te lezen. Helaas wordt er met het boek Moby Dick door Harbach verder weinig gedaan - althans: ik heb dat niet herkend. In de leesclubvragen die ik later over het boek kreeg, wordt gesuggereerd dat monomanie in The Art of Fielding, net als in Moby Dick, een thema is. Tsja. Als daar de overeenkomst ophoudt, dan is dat wel erg mager. En meer overeenkomst zag ik dus niet (maar waarschijnlijk, zie het eind van dit verslag, ligt dat aan mij). Het feit dat de honkbalploeg waar het boek over gaat de Harpooners heet en er harpoeniers op de schooldas staan, zei me verder niet zo veel.
Afijn, na de teleurstelling over 'te weinig Moby Dick' werd het boek toch wel leuk om te lezen, omdat het
Afijn, na de teleurstelling over 'te weinig Moby Dick' werd het boek toch wel leuk om te lezen, omdat het
zaterdag 10 november 2012
Diverse boeken (niet) uitgelezen
Hm, nu heb ik niet alleen m’n weblog maar ook het lezen van
een aantal boeken een beetje laten versloffen. Door een combinatie van
factoren: boeken die me niet zo aanspraken, een vakantie, en een ‘verplicht’ te
lezen boek voor m’n IRL-leesclub.
Nu dus een poging tot een update:
Nu dus een poging tot een update:
Mendelssohn op het dak – Jirí Weil
Dit boek (246 blz., vertaling Kees Mercks) las ik alweer enige tijd geleden. Ik vond het best goed, maar minder goed dan ik op grond van lovende verhalen had verwacht. HhhH van Binet – waarin dit boek ook genoemd wordt – beviel me aanzienlijk beter. Verder weet ik nog dat ik het jammer vond dat het nawoord van Philip Roth een nawoord was, en geen voorwoord. Ik dacht dat ik het boek misschien (nog) beter had kunnen waarderen als ik zijn informatie tevoren gelezen had. Verder heeft het verhaal niet zo veel indruk gemaakt dat ik het nu nog na zou kunnen vertellen. Ja, natuurlijk, het gaat over de oorlog en speelt zich af in Tsjechoslowakije. Het incident met het beeld van Mendelssohn is een soort kapstok om diverse personages
vrijdag 28 september 2012
Wij zijn maar wij zijn niet geschift – Tim Krabbé
Van dit boek (407 p.) over de schietpartij van Columbine ben ik zeer onder de
indruk. Krabbé heeft een enorme speurtocht ondernomen op internet – waarop al
zijn bronnen te vinden zijn, of soms: waren – om verslag te kunnen doen van de
moorden die Eric Harris en Dylan Klebold pleegden op hun middelbare school en
van de gebeurtenissen die daaraan vooraf gingen. Die gebeurtenissen die eraan
vooraf gingen beslaan het grootste deel van het boek: na een naar zijn aard
uiterst spannende beschrijving van de
moorden op 20 april 1999 – niets gefictionaliseerd, alles gereconstrueerd op
grond van politierapporten, geluidsopnamen en getuigenverslagen, zoals het hele
boek – gaat Krabbé terug naar het najaar van 1993, het jaar waarin Eric en
Dylan elkaar als twaalfjarigen leren kennen. Het lijken twee tamelijk gewone
jongens uit
De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween – Jonas Jonasson
Ik vond dit best een leuk boek (351 p., vertaling Corry van Bree), deze winnaar van de Swedish Booksellers Award waarvan in Nederland meer dan 65.000 exemplaren zijn verkocht, maar ik moest er niet zo hard om lachen als – kennelijk – veel andere lezers. Op de achterflap staan zoals gewoonlijk aanprijzende teksten, en die van nu.nl vind ik tamelijk goed getroffen: ‘zwartkomische Zweedse roman laat zich lezen als een roadtrip met Forest Gump achter het stuur’. Ik heb Forest Gump wel niet gezien, maar ik begreep van een medelezer dat in die film de hoofdpersoon ook bij allerlei belangrijke wereldgebeurtenissen is betrokken. Dat is deze honderdjarige, Allan, ook. Op zich een leuke manier om
Loverboy – René Appel
Ik ben wel een fan van René Appel, maar dit boek (277 p.) vind ik beslist een van zijn mindere. Een vrouw die bedrogen wordt door haar man. En thrillers schrijft, waardoor haar hoofd op hol slaat. Het loopt dus flink mis, maar Appel weet in dit boek de spanning slecht op te bouwen en vast te houden. Misschien ook omdat hij de schrijfsel van hoofdpersoon Yoka deel uit laat maken van het boek: we lezen mee hoe Yoka een nieuw avontuur van haar detective Anouk schrijft, maar jeetje, Yoka schrijft nog slechter dan Appel in dit boek. Het idee is dus leuk, maar de uitwerking vond ik beslist geen genoegen om te lezen. En normaliter vind ik Appel’s verhalen psychologisch sterk, maar dat ontbrak er dit keer naar mijn idee ook aan. Het boek gaat over de vrouw en de minnares van een man die vreemd gaat: dat levert nu eenmaal nogal voorspelbare psychische beslommeringen op. Jammer, maar: volgende keer beter.
Op weg – Jack Kerouac
Dit boek (vertaling John Vandenbergh) had ik al heel lang in mijn kast staan als aanrader van een voormalig vriendje. Dus toen ik onlangs de nieuwe film die ernaar is gemaakt zag, en die best aansprekend vond, besloot ik ook het boek eens te proberen. Helaas, dat sprak minder aan. Ik las een stukje, legde het weg, las weer, en legde het weer weg. Misschien toch geen goede match met de beelden uit de film? Ik weet het niet. Weet alleen dat ik momenteel, na 89 bladzijden, totaal niet nieuwsgierig ben naar het vervolg. Het boek kan dus voorlopig weer terug in de kast ;-)
Donna Leon – Nobilità
Ja, ik ben wel eens kritisch geweest over Leon, maar ik moet m’n mening langzamerhand toch herzien. Ze schrijft gewoon best lekkere detectives. Daarbij speelt mee dat in dit boek (199 p., vertaling Els Franci-Ekeler) het privéleven van commissaris Brunetti niet echt een prominente rol speelt en ik al gewend ben aan de uitweidingen over het Italiaanse eten. Daar tussendoor is dit gewoon een goed en spannend verhaal over het lijk van een bijna twee jaar geleden ontvoerde Venetiaanse jongen ‘van nobel bloed’. Wat is er gebeurd na de ontvoering, en wie heeft dat op z’n geweten? Brunetti komt er keurig achter, zij het wat traag omdat hij de aanwijzigen over het rookgedrag van de jongen en zijn plotselinge ziekte niet hoog op z’n prioriteitenlijstje zet. Maar hij komt er uit. En ik ben er inmiddels ook al aan gewend dat dat bij Leon nooit tot gerechtigheid leidt, dus daar denk ik met Vonnegut dan maar over: so it goes :-)
Abonneren op:
Posts (Atom)